Eind negentiende eeuw wordt het oorspronkelijke vermiljoen verdrongen door het rode cadmiumpigment, dat behalve beter voor de gezondheid, ook duurzamer is. Het kwikvermiljoen ondergaat namelijk in de tijd een chemische verandering en verliest kleurintensiteit. Recent onderzoek heeft aangetoond dat dit onder invloed van in de lucht aanwezig chloride in twee fases plaatsvindt. Door een uiterst klein percentage van het chloride in combinatie met licht ontstaan eerst minuscule bolletjes metallisch (puur) kwik, die op het schilderij zichtbaar zijn als zwarte vlekjes. Dit kwik reageert vervolgens met het overige chloride, waardoor het zwart verandert in wit. Zo veranderen oude vermiljoenlagen van kleur en vertonen ze witte en zwarte vlekjes. Bovendien kan het niet worden gemengd met de destijds gangbare lood- en koperhoudende pigmenten zoals loodwit, chromaatgeel en Spaans groen. Om de lucratieve handel in het dure kwikvermiljoen te beschermen, duurde het nog enige tijd voor er een vrijwel identiek gekleurd cadmiumpigment op de markt werd gebracht. Omdat cadmium, zij het in veel mindere mate, eveneens schadelijk is voor mens en milieu, wordt de kleur vermiljoen tegenwoordig vervaardigd op basis van onschadelijke, stabiele pigmenten.